Niet alleen heb je gemotiveerde vrijwilligers in huis, ook draag je op deze manier actief bij aan diversiteit en inclusie binnen de organisatie. Er zijn wat zaken waar je rekening mee kunt houden.
Taal
Het meest voor de hand liggend is de taal. Zorg ervoor dat je vacatureteksten opstelt in A2 of B1. (Lees hier welke taalniveaus er zijn.) Of, ook handig, in diverse talen. Bepaal per functie of taak welk taalniveau gevraagd kan worden en of het überhaupt nodig is er een eis aan te koppelen. Check bij de vrijwilliger zelf wat ze zelf graag willen met betrekking tot de taal: willen ze graag dat je altijd Nederlands met ze spreekt of is afwisseling met Engels ook handig? Bedenk dat veel mensen het spannend vinden om ergens te komen waar ze de taal niet spreken. Nieuwkomers vinden het fijn als ze de ruimte krijgen om te leren en voelen dat het mag.
Bereikbaarheid
Veel nieuwkomers wonen in azc’s. Vaak zijn die een eind verwijderd van voorzieningen en werkplekken. En, niet iedereen kan fietsen of heeft een fiets. Beperkte mobiliteit is dus een factor om rekening mee te houden. Er zijn een paar manieren om dit te doen: zoek samen uit hoe iemand per openbaar vervoer naar de organisatie kan komen. Of kijk of een van de andere vaste vrijwilligers misschien kan helpen door de nieuwkomer op te halen. Het is altijd spannend om in een nieuw land er in je eentje op uit te gaan, dus aandacht hebben voor een goed begin is prettig.
Andere culturen en gewoontes
Veel nieuwkomers zijn afkomstig uit landen met een andere cultuur. Net als werken met jongeren, kan het even aftasten en wennen zijn voor beide partijen. Voor nieuwkomers is vrijwilligerswerk een mooie kennismaking met de Nederlandse cultuur, waarin er vaak bijvoorbeeld waarde gehecht wordt aan op tijd komen. Geef mensen ook de tijd om echt te wennen. Nieuwe gewoonten leer je niet in een week aan. Het is ook goed om andere vrijwilligers erbij te betrekken om cultuurverschillen te overbruggen. Heb aandacht voor de verschillen en de overeenkomsten tussen mensen. Soms kan het even lastig zijn, maar het zal vooral ook verrijken. In het algemeen is het goed te beseffen dat elke nieuwkomer net als de andere vrijwilligers eigen behoeften en talenten heeft.
Sommige mensen willen meteen de taal in de praktijk leren en spreken bij aanvang nog geen Nederlands. Anderen hebben al taallessen achter de rug en redden zich qua taal al aardig. Ook qua karakter en achtergrond is iedereen anders. De één heeft behoefte aan meer sociale contacten, terwijl een ander eerst even rustig de kat uit de boom wil kijken. Probeer aan te sluiten bij iemands behoeften en besef dat mensen in stappen vooruit zullen gaan. Kijk waar iemand zich prettig bij voelt en sluit als het kan aan bij al bestaande vaardigheden.
In de hal van het AZC in Zutphen, staat Artikel 1 groot op de muur geschreven. Een tekst waar Zeynep, die in haar land advocaat was, zich thuis bij voelde. Sinds ze is gevlucht, kon ze haar beroep niet meer uitoefenen, maar stilzitten deed ze niet.
Zeynep had een druk leven in Turkije, maar moest vluchten. Eenmaal aangekomen in Nederland, voelde ze zich alleen, want haar man zat nog in een ander land. Daarom kwam ze in actie. “Ik wilde graag snel vrienden maken om samen dingen te doen. Ook vind ik het fijn om andere mensen te helpen, dus vrijwilligerswerk en meedoen aan activiteiten leek me goed.” Een van de tofste dingen waaraan ze meehielp was een groot feest op Internationale Vrouwendag. “We hebben samen gekookt, gegeten, naar een koor geluisterd en gedanst.” Zeynep begon ook met taallessen. “Hard studeren op de taal ging prima, maar durven praten vond ik lastig. Toch vond ik dat ik het moest doen, dus ging ik kijken of ik vrijwilligerswerk buiten het AZC kon doen.” Zeynep vond een vrijwilligersjob bij een kringloopwinkel. “Omdat ik direct contact met de mensen wilde, ging ik achter de kassa helpen, want dan moet je wel de hele dag Nederlands praten. In het begin vroeg ik vaak of mensen hun zinnen wilden herhalen, maar na een tijdje was dat niet meer nodig. “Gewoon doen helpt echt!” Momenteel is ze bezig met een master Nederlands en erna wil ze een master op juridisch gebied gaan doen. Als vrijwilliger gaf ze in Turkije advies aan vluchtelingen die in het land kwamen. “Dat vond ik heel leuk, dus na de master wil ik als jurist werken op dit vlak.” Naast Artikel 1 zal Zeynep dan vast met nog een hoop andere artikelen te maken krijgen.
Wie Mohanad ontmoet en hem aan het woord hoort, zal niet geloven dat hij kort in Nederland is. De manier waarop de Nederlandse woorden en grammaticaal bijna perfecte zinnen uit zijn mond rollen, is verbazingwekkend. Hoe hij dat voor elkaar kreeg? Zelfstudie, sporten en vrijwilligerswerk!
Begin twintig is hij en vol energie. De lijst met de activiteiten die hij deed toen hij pas net in Wageningen was, is lang. “Mijn eerste vrijwilligersklus was in een verzorWanneer hij over zijn inzet voor het buurtcentrum praat, is er bij Mustafa blijdschap en ontspanning te zien. Hier voelde hij zich gewaardeerd en nuttig. Op deze plek kon hij geven en ontvangen. Intussen woont hij op een andere plek en begint aan een betaalde baan. Maar aan ‘zijn’ buurtfamilie denkt hij graag terug. Al vanaf het eerste moment dat hij in het land kwam, begon ook Mustafa met een zelfstudie Nederlands. Eerst door te lezen en leren en zo snel als het kon in de prak- #Mohanad gingshuis. Samen met de ouderen ging ik koken, maar dat bleek best lastig, omdat ik toen nog helemaal geen Nederlands sprak. Alles moest ik uitbeelden. Die dag besloot ik eerst maar heel snel en intensief de taal te gaan leren, want het leek me makkelijker als ik kon communiceren. Na drie maanden ging ik weer terug om te koken en de mensen daar waren heel erg verbaasd dat ik ineens wel een beetje de taal sprak. Nu hoefde ik niet meer ‘snijden’ uit te beelden, maar kon ik het gewoon zeggen. Het was heel gezellig ook!” De vrijwilligersklussen volgden elkaar in rap tempo op: tickets scannen bij een graffitifestival, Nederlandse lesgeven op het azc, wandelen en kletsen met ouderen en tolken op het azc zelf. Actief bezig zijn met allerlei zaken, zoals vrijwilligerswerk en sporten gaf hem motivatie. “Het zou niks voor mij zijn om niks te doen te hebben en alleen maar op mijn kamer te zitten; ik zou er heel somber van worden en stress hebben. Nu ben ik steeds bezig geweest met sporten, vrijwilligerswerk en zelfstudie Nederlands. Het is gewoon een goed idee om door mee te doen met de maatschappij de taal te oefenen en de cultuur te leren kennen. Misschien is het spannend in het begin, maar in het leven moet je gewoon alles proberen.”
Wanneer hij over zijn inzet voor het buurtcentrum praat, is er bij Mustafa blijdschap en ontspanning te zien. Hier voelde hij zich gewaardeerd en nuttig. Op deze plek kon hij geven en ontvangen. Intussen woont hij op een andere plek en begint aan een betaalde baan. Maar aan ‘zijn’ buurtfamilie denkt hij graag terug.
Al vanaf het eerste moment dat hij in het land kwam, begon ook Mustafa met een zelfstudie Nederlands. Eerst door te lezen en leren en zo snel als het kon in de prak- #Mohanad gingshuis. Samen met de ouderen ging ik koken, maar dat bleek best lastig, omdat ik toen nog helemaal geen Nederlands sprak. Alles moest ik uitbeelden. Die dag besloot ik eerst maar heel snel en intensief de taal te gaan leren, want het leek me makkelijker als ik kon communiceren. Na drie maanden ging ik weer terug om te koken en de mensen daar waren heel erg verbaasd dat ik ineens wel een beetje de taal sprak. Nu hoefde ik niet meer ‘snijden’ uit te beelden, maar kon ik het gewoon zeggen. Het was heel gezellig ook!” De vrijwilligersklussen volgden elkaar in rap tempo op: tickets scannen bij een graffitifestival, Nederlandse lesgeven op het azc, wandelen en kletsen met ouderen en tolken op het azc zelf. Actief bezig zijn met allerlei zaken, zoals vrijwilligerswerk en sporten gaf hem motivatie. “Het zou niks voor mij zijn om niks te doen te hebben en alleen maar op mijn kamer te zitten; ik zou er heel somber van worden en stress hebben. Nu ben ik steeds bezig geweest met sporten, vrijwilligerswerk en zelfstudie Nederlands. Het is gewoon een goed idee om door mee te doen met de maatschappij de taal te oefenen en de cultuur te leren kennen. Misschien is het spannend in het begin, maar in het leven moet je gewoon alles proberen.” tijk door vrijwilligerswerk. Na zijn aankomst in het azc van Almere, vroeg hij zich af wat hij kon doen. “Het is niet makkelijk om ver weg van familie te zijn en dus wilde ik graag het sociale leven opzoeken in de stad.” Op een dag zag hij mensen een gebouw in- en uitlopen en werd nieuwsgierig, want het zag er sociaal uit. Het bleek een buurtcentrum te zijn. Mustafa zag het al helemaal zitten: vlak voor zijn vlucht uit Turkije had hij nog een cursus tot barista gevolgd en hij wilde wel lekkere koffie voor de mensen uit de buurt maken. Eenmaal in het buurtcentrum aangekomen, bleken zijn barista-skills niet erg inzetbaar te zijn, want de simpele koffiemachine had slechts één knop om te bedienen. Mustafa kan zelf wel om lachen om die herinnering, want positief als hij is, zocht hij gewoon andere bezigheden in het centrum. Hij werd gastheer en begeleider van verschillende groepen mensen die het buurthuis bezochten. Het buurtcentrum was voor Mustafa als een warm bad. “Ik voelde me erg welkom en kreeg veel support bij het leren van de taal. Het is heel waardevol. Een nieuw leven starten is moeilijk, maar vrijwilligerswerk doen helpt daarbij.”