De tekst van dit interview komt uit ECHT, magazine Nationale Vrijwilligersprijzen. Dit magazine kun je hier downloaden.
Inhoudelijke samenwerking in het werkveld en praktische zaken zoals het aanvragen van vergunningen en subsidies: er zijn vele redenen waarom gemeenten en vrijwilligersorganisaties met elkaar in contact staan. Uit onderzoek over de vorming en toepassing van vrijwilligersbeleid blijkt dat de intrinsieke waarde van het vrijwilligerswerk in het gedrang kan komen – en regelmatig komt – in de samenwerking tussen vrijwilligersorganisaties en gemeenten. We spraken met Cathalijne Dortmans, wethouder Zorg, Jeugd en onderwijs in Helmond, over dit thema. Ook is ze commissielid bij de Vereniging Nederlandse Gemeenten voor datzelfde thema. Als het om de samenwerking met vrijwilligersorganisaties gaat heeft ze één motto: keep it simple.
Zouden bepaalde zaken simpeler moeten zijn dan ze momenteel zijn?
We moeten vrijwilligersorganisaties waarderen om wat ze doen en het ze niet onnodig moeilijk maken. Probeer als gemeente daarom te kijken waar ze precies mee geholpen zijn.
Waar moeten we aan denken?
Bijvoorbeeld het aanbieden van expertise en mankracht. Dat hebben we in Helmond gedaan bij een carnavalsvereniging om ervoor te zorgen dat ze konden voldoen aan alle regels en voorschriften rondom veiligheid. Je moet dan een balans zoeken tussen veiligheid en regeldruk voor vrijwilligers, want je wil mensen het werk niet onmogelijk maken. Als gemeente is het goed je bewust te zijn van het effect van regels en voorwaarden. De regels zijn er natuurlijk wel met een reden. Maar als je merkt dat vrijwilligersorganisaties daarmee vastlopen, dat je dan in gesprek gaat over hoe je dingen eventueel samen zou kunnen oplossen. Het is helaas niet altijd mogelijk minder regels op te leggen. We accepteren het als samenleving ook niet als er ongelukken gebeuren door onvoorzichtig te zijn met de veiligheid.
Kun je andere eisen stellen aan organisaties die alleen met vrijwilligers werken ten opzichte van organisaties die ook mensen in dienst hebben?
In Helmond doen we dat wel in financieel opzicht. Bedenk wel dat de gemeente ook een verantwoordingsverplichting heeft. Met het geld van de inwoners, belastinggeld, moeten we goed omgaan. Dat doen we in overleg met de gemeenteraad, die het budgetrecht hebben. Gemeenten moeten ook keuzes maken, we kunnen niet alles doen. Dat neemt niet weg dat er verschillen kunnen worden gemaakt tussen organisaties. Grotere organisaties met professionals hebben mensen in dienst die bepaalde aanvragen kunnen doen. Dat is hun werk. Bij een organisatie die alleen uit vrijwilligers bestaat, moet iemand dat doen die er misschien geen ervaring mee heeft en ook nog eens naast vaak een baan, gezin en misschien nog mantelzorg doet. Dan wil je niet dat ze tot achter de komma verantwoording moeten afleggen. Wij hebben dat onderscheid in Helmond kunnen maken, omdat we het gesprek zijn aangegaan met die organisaties en de vraag hebben gesteld: hoe kunnen we het jullie nou wat eenvoudiger maken? Er zijn gelukkig al meer gemeenten die dat doen.
Uit onderzoek blijkt dat gemeenten en organisaties als het ware kunnen botsen in de manier waarop ze werken. Daar waar vrijwilligersorganisaties werken met aandacht
en ruimte voor de persoonlijke motivatie, werken gemeenten anuit concepten als efficiëntie
doelgerichtheid. Herkenbaar?
Dat je andere manieren van werken hebt en verschillende verantwoordingen hebt af te leggen, dat is wel wat het is. En dat verandert ook niet. Maar het goede gesprek erover dat moeten we altijd doen. In gesprek kun je elkaar vinden, maar niet altijd. Ik ben een groot voorstander van een responsieve overheid, waarbij beleidsmakers de gemeente ingaan, weten wat er speelt, weten wie welke rol vervult en dat de partijen kijken waar ze met elkaar uitkomen. En soms lukt dat ook niet.
Maar organisaties zijn toch vaak afhankelijk van de gemeente?
Het is lang niet altijd de gemeente die voor geld, mankracht en expertise moet zorgen. Het staat organisaties ook vrij om samen te werken met andere partijen dan de gemeente, zoals bedrijven en fondsen. Dat neemt echter niet weg dat gemeenten meer kunnen kijken naar wie bijvoorbeeld een bijdrage levert aan het versterken van de sociale basis en daar ondersteuning aan te bieden.
Over een paar jaar komt die sociale basis onder druk te staan, in 2026, als de oude financieringsregeling lopen aflopen en de nieuwe nog niet beginnen. Hoe kijkt VNG daarnaar?
We zijn met het huidige kabinet in gesprek over de gemeentefinanciën. Het kan zeker geen kwaad dat alle partijen nadrukkelijk aandacht blijven vragen voor de situatie van de gemeentelijke financiën. Er komt een moment dat we het allemaal niet meer kunnen doen, zoals we het nu doen. En hoe meer mensen dan van zich laten horen, hoe beter. Dus bij deze de oproep ook aan andere organisaties om aan het kabinet duidelijk te maken dat het cement in de samenleving weleens zou kunnen verbrokkelen.
Dat cement in de samenleving wordt vaak door burgemeesters en wethouders geprezen. Is er nog meer nodig dan die waardering?
We zouden als gemeente nog meer kunnen kijken naar hoe we inwonersinitiatieven meer kunnen ondersteunen en helpen bij belemmeringen. Zeker die initiatieven zijn belangrijk, ze zijn ook een vorm van vrijwilligerswerk, ook al zijn ze niet of nog niet georganiseerd. Wat we in Helmond daarnaast doen is versimpelen en organisaties ondersteunen waar nodig, ook qua expertise en mankracht. Het vereenvoudigen van de regeldruk hebben we trouwens niet altijd zelf in de hand; veel komt vanuit Den Haag. Mijn oproep aan de Tweede Kamer is sowieso om niet al te scheutig te zijn met wet- en regelgeving.
Dus liever ook geen vastlegging van de ondersteuning van vrijwilligers en
hun organisaties in wetgeving, zoals voorheen als prestatieveld in de WMO in 2007?
Wat mij betreft niet. Je ziet een beetje een trend om alles wat moet gebeuren in de wet te zetten. Maar ja, wat zet je er dan precies in? Hoe kun je dan genoeg rekening houden met regionale en lokale verschillen? Beter zou het zijn het gesprek te voeren over de belemmeringen en mogelijkheden en te bekijken hoe dat aan gemeenten kenbaar kan worden gemaakt. Want ook als je dingen verplicht, betekent het niet dat het automatisch kan worden gerealiseerd. Liever handreikingen en delen van kennis en voorbeelden, dan opnemen in de wet, wat VNG betreft.
In Helmond hebben jullie wel een bredere visie op vrijwilligerswerk, toch?
Ja, we willen vrijwilligersorganisaties waarderen om wat te doen en ze daarin faciliteren. We kijken te kijken waar ze precies mee geholpen zijn. Dat is lang niet altijd geld, maar dus ook mankracht en expertise. Als VNG hebben we nog geen breder visiestuk op vrijwilligerswerk voor alle gemeenten, maar misschien is het een goed moment om met NOV en andere partijen om de tafel te gaan zitten om te kijken hoe we dat vorm kunnen geven. Het is wel goed om daarnaast altijd ruimte te houden voor lokale invullingen, want in elke gemeente zijn weer andere afspraken met de gemeenteraad over het versterken van de sociale basis. Aandacht voor de lokale vrijheid is belangrijk, want met te veel landelijke voorschriften doe je geen recht aan de vrijwilligersinitiatieven die afhankelijk kunnen zijn per gemeente.
Is het trouwens een idee dat beleidsmedewerkers van alle gemeenten dan zelf ook vrijwilligerswerk gaan doen, zoals nu al gebeurt in sommige gemeenten die programma’s hebben voor medewerkersvrijwilligerswerk?
Het is goed om te kijken naar waar goede voorbeelden zijn. Dit betekent niet dat het nodig is alles meteen in wetten op te nemen, maar we kunnen wel kijken welke richtlijnen of handreikingen we kunnen doen om meer mogelijk te maken dan nu het geval is. Los daarvan weet ik zeker dat al veel ambtenaren, zoals hier op het gemeentehuis, al naast hun werk vrijwilligerswerk doen. Maar kijken waar kansen liggen voor stimulering en hoe dat kan worden uitgedragen naar andere gemeenten is een goed idee.